Project Description

“Wanneer je de goede mensen vindt, heb je heel loyale en trouwe medewerkers”

Suez zamelt het huishoudelijk afval in van bijna 530.000 huishoudens en regelt voor zo’n 70.000 bedrijven de afvaldienstverlening. Het bedrijf, voorheen bekend als SITA, heeft in Nederland circa 40 vestigingen en ongeveer 2.200 medewerkers in dienst. Inclusief ondernemen wordt vanuit het hoofdkantoor van SUEZ gestimuleerd. Daarnaast wordt bij grote opdrachten vanuit de overheid gevraagd om aan Social Return mee te werken.

Rayonmanager Utrecht Gerrit Tol: “We zijn als SUEZ duurzaam. We willen het milieu beschermen, daar hoort de mens ook bij. Op verschillende takken in onze vestigingen werken we eraan. Vanuit de vestiging in Amsterdam komt elke week een ploeg medewerkers  om diverse werkzaamheden bij ons op het terrein uit te voeren. Zij vinden de vrachtwagens prachtig. Zij beleven hierdoor een mooie dag tijdens het opruimen en snoeiwerkzaamheden. Wij zijn dan tevreden dat ons terrein weer helemaal schoon is.”

SUEZ neemt regelmatig mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in dienst. “Bij ons is er veelal eenvoudig werk, zoals allerlei hand- en spandiensten op het terrein sorteren en auto’s wassen op zaterdag bijvoorbeeld.” De afvalverwerker zoekt de mensen onder andere via het WerkgeversServicepunt en andere externe partijen zoals Restart.

Suez heeft zich in september aangesloten bij de 33vanLeusden. In november zijn ze zelf host en wordt de speedmeet met werkzoekenden, die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt, aan de Spieghelweg gehouden. Tijdens de speedmeets proberen werkgevers met nieuwe werknemers in contact te komen. “De arbeidsmarkt wordt de komende jaren krapper. Onder deze groep is het misschien moeilijker zoeken, maar er zitten goede mensen bij. Wij proberen ook hier de goede en welwillende mensen uit te halen.”

Wennen aan het werkritme

Het bedrijf werkt vaak met een proefplaatsing om aan elkaar te wennen. Voor een belader is het bijvoorbeeld belangrijk dat hij op tijd is. Gerrit Tol: “Ze moeten eerst in het arbeidsproces passen, dat is voor sommigen lastig. We hebben in Amersfoort nu twee jongeren vanuit de wajong aan het werk. Zij moesten in het begin heel erg wennen aan het werkritme. Om 7 uur beginnen, om half tien een half uur pauze, dan weer aan het werk. Het werk vinden ze leuk, maar de discipline die erbij hoort kan moeilijk zijn.”

Mooie voorbeelden heeft Gerrit gelukkig ook. Zo zijn van een eerdere groep van vier jongeren die aan de slag gingen, twee doorgegroeid. “Zij hadden geen baan, geen diploma of afgeronde opleiding, maar zijn helemaal geïntegreerd en nu volwaardig chauffeur. Dit was wel een traject van twee á drie jaar. Maar als het klikt is dat geen probleem. Ze beginnen onderaan en vinden de vrachtwagen leuk. Als dat groeit en we hebben er wederzijds vertrouwen in dan bespreken we met de medewerkers of ze ambitie hebben om een rijbewijs te halen? Nu zijn ze volwaardig chauffeur. Op dit moment hebben we weer een jongen zoals hen in dienst die er gevoel voor heeft.”

Als iemand wil, is er plek bij ons

Het succes begint volgens Gerrit met de werknemer. “Wil hij echt zijn leven veranderen? Als hij zelf wil, dan moet het gek zijn wil er geen plek bij ons zijn.” Het is echter wel belangrijk dat wij op de werknemers kunnen rekenen. “Gelukkig hebben we goede contacten met het UWV en zijn er financiële vangnetten als medewerkers bijvoorbeeld ziek zijn. Maar dat is niet wat wij belangrijk vinden. Het is belangrijk dat zij kunnen groeien naar een volwaardige medewerker bij Suez.

Dit betekent dat we ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt helpen om werknemersvaardigheden aan te leren en een beroep doen op hun zelfstandigheid. Dit doen we samen met een jobcoach. We helpen ze daarbij maar ze moeten ook echt zelf willen en volhouden. Voor sommige jongeren is dat al een hele uitdaging,” vindt Gerrit Tol.

Als tip wil Gerrit aan andere werkgevers meegeven om vol te houden: “Het is belangrijk dat je na een mislukking of een tegenslag niet opgeeft. Het is een doorlopend proces. Bij 50 procent blijkt het moeilijk te zijn, bij 50 procent lukt het heel goed. Sommigen schoppen het zelfs tot chauffeur.

Bij één zie ik zelfs dat hij misschien wel een leidinggevende kan worden. Je moet het wel volhouden. Daarbij moet het overige personeel ook gestimuleerd worden en getraind worden om met deze jongeren om te gaan. De ene chauffeur loopt ermee weg, de ander vindt het in het begin moeilijk. Het blijft ook hierdoor altijd maatwerk.” Maar wanneer je de goede mensen vindt, heb je heel loyale en trouwe medewerkers.”