Op verschillende plaatsen binnen het ministerie van Economische Zaken werken mensen met een arbeidsbeperking. Van de gastheren en gastvrouwen in de ontvangsthal tot de medewerkers bij de directie Algemeen Economisch Politiek. Plaatsvervangend secretaris-generaal Ric de Rooij: “Door de bal op de werkvloer te leggen bereik je het meest.”
Als aanjager Banenafspraak bij de overheid Hans Spigt zich in het kader
van de Dag van de Duizend Voorbeelden meldt aan de receptie, staat Shakti Jagdat al voor hem klaar. De voormalig leerling van de Praktijkschool in Scheveningen werkt nu zeven maanden als gastheer bij het ministerie, met begeleiding van FMHaaglanden.
“Ik zorg dat mensen op tijd bij hun afspraak zijn, dat ze de weg weten te vinden in het gebouw. Ik vind het leuk met mensen te kletsen, hun koffie aan te bieden, en de collega’s vinden het ook fijn want ze hoeven niet elke keer naar beneden om bezoek op te halen. Ja, ik loop wel veel kilometers op een dag, maar ik hou heel erg van lopen. Deze baan is een droom die uitkomt voor mij.”
Echte banen
“De Participatiewet heeft ervoor gezorgd dat we intensiever zijn gaan kijken hoe we mensen met een arbeidsbeperking een kans kunnen bieden,” vertelt plaatsvervangend secretaris-generaal Ric de Rooij. “We willen een afspiegeling zijn van de samenleving. We begonnen natuurlijk niet helemaal op nul, maar we moeten nog stappen zetten. En die inspanning moet van alle afdelingen komen. Vandaar dat we hebben gezegd: ieder organisatieonderdeel krijgt een doelstelling, je moet het uit eigen budget financieren, en het mag niet boven formatie zijn. Het mooie was toen dat iedereen serieus naar banen ging zoeken: het moest immers voor iedereen iets opleveren.”
Hans Spigt: “Eigenlijk leg je je organisatie dus weer even op de tekentafel, kijk je open hoe het anders kan.” Ric de Rooij: “Precies, en het is goed dat de Participatiewet daarvoor de aanleiding biedt.” Afdelingen die echt geen kans zien, kunnen hun budget overdragen. Op die manier zijn bijvoorbeeld de plaatsen voor Shakti en zijn collega’s gecreëerd.
Volop ondersteuning
Dat EZ op koers ligt voor de Banenafspraak komt ook omdat er intern volop ondersteuning is. De Rooij: “Je moet een groep mensen hebben die er achter staat, dan kan het snel gaan. We hebben een projectleider Participatiewet, maar ook de HR-medewerkers zijn belangrijk. Verder zetten mensen met een beperking die al bij ons werken zich in als ambassadeur. We hebben nu ook een intern netwerk voor mensen met een arbeidsbeperking. Het lijkt misschien alsof je er dan weer een apart groepje van maakt, maar dit netwerk is juist ook voor leidinggevenden en begeleiders. Iedereen die ermee te maken heeft kan ervaringen delen en het netwerk adviseert ons over het beleid op dit gebied.” EZ werkt met verschillende expertorganisaties samen, bijvoorbeeld met jobcoaches op de werkvloer. En er worden regelmatig workshops georganiseerd. “Er is voldoende aanbod voor leidinggevenden om erover door te praten.”
Draagvlak door resultaat
Het enthousiasme voor de aanpak groeit binnen EZ met de dag. “Laatst hoorde ik iemand zeggen: collega’s met een beperking hebben zo’n drive om iets te maken van die baan, dat stimuleert mij ook,” vertelt De Rooij. “Een advies voor andere werkgevers? Zorg dat collega’s er achter staan, met goede faciliteiten en communicatie. Maar ik zou vooral willen zeggen: stap over de angst heen! Nu onze nieuwe collega’s binnen zijn ziet iedereen dat gewoon het werk wordt geleverd waarvoor wordt betaald. Het levert plezier op én resultaat. EZ is echt inclusiever geworden.”
