Staatssecretaris Jetta Klijnsma en aanjager Aart van der Gaag in gesprek over de Banenafspraak

Klijnsma en Van der Gaag uitgelichtHet is een prachtig toekomstperspectief: over tien jaar is het aannemen van mensen met een beperking  volstrekt gangbaar en zijn er in de marktsector en bij de overheid minimaal 125.000 extra banen gecreëerd. Dat is immers het uitgangspunt van de Banenafspraak. Maar waar staan we na het eerste jaar? Staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is voorzichtig optimistisch. “Mede dankzij de inspanningen van de aanjager Aart van der Gaag, en zeker ook de ervaren werkgevers die zich als ambassadeur waanzinnig inzetten, zijn er steeds meer ondernemers die weten dat ze ermee aan de slag kunnen.”

Klijnsma en Van der Gaag treffen elkaar regelmatig. Bij werkgevers en bijeenkomsten, maar ook in constructief overleg om de dienstverlening rond de Banenafspraak te verbeteren. Klijnsma: “Steeds wanneer ik uit de praktijk signalen krijg dat dingen simpeler en doorzichtiger kunnen, kijk ik wat ik kan doen.” “Er is in een jaar al veel ten goede veranderd,” zegt Van der Gaag. “We begonnen met bijna niks, in veel arbeidsmarktregio’s was nog niet eens een werkgeversservicepunt (wsp). Inmiddels is er meer dienstverlening voor werkgevers, al gaat het nog niet overal goed. De regels worden steeds verder versoepeld, het kan alleen nog maar beter worden. En voor de marktsector is het rustgevend dat duidelijk is dat we het aantal banen in 2015 gehaald hebben.” “Ik spreek regelmatig werkgevers die dachten, ‘o jee, waar beginnen we aan’,” vult de staatssecretaris aan. “Na een paar maanden zien ze hoe goed mensen bevallen op de werkvloer en ervaren ze dat ze ontzorgd worden door de wsp’s. Ze vertrouwen me dan toe dat het ingewikkeld lijkt, maar dat het in de praktijk meevalt.”

Inspireren met praktijkverhalen
Die praktijkverhalen zijn belangrijk om informatie over de meerwaarde van de Banenafspraak verder te verspreiden. Staatssecretaris Klijnsma: “Daarmee dagen we meer en meer mensen uit, en wordt het zwaan kleef aan. Een opgewekt bericht uit Groningen dat ze op koers zitten bijvoorbeeld, daar word ik vrolijk van.” Ook Van der Gaag ervaart het olievlek-effect. ” Er gebeurt inmiddels al veel in alle regio’s en bij sectoren,dat is stimulerend. En het mooie is dat ervaren werkgevers bereid zijn een kijkje in de keuken te geven. Om de voordelen te laten zien, zoals de betere werksfeer, het verlaagde ziekteverzuim en verhoogd rendement. Maar zeker ook om op valkuilen te wijzen en tips te geven om die te vermijden. Je hoeft niet alleen het wiel uit te vinden, profiteer van elkaars ervaringen, bijvoorbeeld via www.opnaarde100000.nl.”

Met een andere bril kijken
Klijnsma ziet veel in functiecreatie. “Kijk eens met een andere bril naar je eigen werkvloer. Welke taken kun je bij elkaar brengen zodat er een nieuwe plek ontstaat? Zo ervaart de rest van de mensen net iets minder werkdruk, en je hoeft alleen de daadwerkelijke loonwaarde van de nieuwe medewerker te betalen. Die kansen zie je zelf niet altijd, dus zoek iemand die even met je meekijkt. Mensen van de werkgeversservicepunten of de gemeente, maar ook particuliere dienstverleners kunnen je daar heel goed bij helpen.”

Kandidaten in beeld
En als je dan als werkgever die plaats hebt gecreëerd, dan wil je natuurlijk wel snel een kandidaat vinden. “Kandidaten komen steeds beter in beeld,” vertelt de staatssecretaris. “Het UWV werkt hard aan het zichtbaar maken van de Wajongers. Daarnaast is het zaak dat gemeenten in actie komen. Ik wil graag dat ze die profielen maken volgens dezelfde systematiek als het UWV, en niet allemaal het wiel opnieuw gaan uitvinden. Er is nu ook een vliegende brigade opgericht die gemeenten daarbij helpt.” “Belangrijk is dat de competenties van de kandidaten goed in beeld komen,” vult Aart van der Gaag aan. “Je moet wel weten wat iemand kan om goed te kunnen matchen.” Klijnsma adviseert werkgevers de vinger aan de pols te houden. “Gelukkig zien we in veel gemeenten dat wethouders nu op de voorplecht gaan staan en zich inzetten voor de Banenafspraak. Ze gaan op pad om werkgevers nog beter te leren kennen. En dan mag een werkgever hem of haar in zo’n gesprek best kritisch aanspreken op het in beeld hebben van kandidaten.”

Inkoop goed regelen
Zelf wordt de staatssecretaris door onder meer de Tweede Kamer regelmatig aangesproken op een goede regeling voor inkoop. Diensten of producten die bedrijven inkopen bij een ander bedrijf en worden uitgevoerd door mensen uit de doelgroep van de Banenafspraak, zouden dan meetellen bij de inkopende werkgever.  “Bureau Berenschot heeft onderzoek gedaan en daar blijkt uit dat een goede regeling rond inkoop stimulerend kan werken. Voor de mensen waar het om gaat maakt het ook niet uit of ze werken bij de verkoper of de inkoper. Maar het is in de praktijk best ingewikkeld. Hoe weet je zeker dat een product dat je koopt gemaakt is door iemand met een beperking? We zijn met de Werkkamer in gesprek hoe we dat kunnen inrichten.”  Aart van der Gaag gelooft dat het absoluut kan en moet. “Het is vaak uurtje factuurtje, dat moet technisch eenvoudig te regelen zijn. En het kan ervoor zorgen dat er innovatieve sociale ondernemingen ontstaan, schoonmaak- en cateringbedrijven bijvoorbeeld die zeggen ‘daar sta ik voor’.” Klijnsma: “Ik ben ook zeker niet tegen een inkoopregeling. Maar wat ik níet wil, is dat organisaties zich erachter kunnen verschuilen. Ik wil dat ze ondanks inkoop ook kijken naar andere plaatsen voor mensen met een beperking.”

ALL RIGHTS RESERVED. DUPLICATION AND COMMERCIAL EXPLOITATION IN ANY FORM OR WAY FORBIDDEN UNLESS THERE IS WRITTEN PERMISSION BY THE AUTHOR: FOTOFLEX.NL - THE NETHERLANDS

Innovatieve oplossingen
Van der Gaag breekt bij de staatssecretaris graag een lans voor andere innovatieve initiatieven. “We zien zoveel creatieve ondernemers, die coöperaties vormen om samen iemand in dienst te nemen om bijvoorbeeld fruit te bezorgen. Of Bedrijven Investerings Zones die op het bedrijventerrein gezamenlijk kansen bieden aan mensen met een beperking. Maar dat loopt spaak als niet duidelijk is waar de werknemers dan meetellen. Tussen de oren van de ondernemers zit wél het idee dat ze quotumproof moeten zijn.” “En dan zeg ik heel opgewekt, we hebben een Bánenafspraak,” pareert staatsecretaris Klijnsma. “Als veel ondernemers op deze manier de handen ineen slaan, dan komen we aan een quotum helemaal nooit toe. Denk niet in regels, maar in banen! Dan zijn die mensen van ons allemaal en dat is een inclusieve arbeidsmarkt. Ik ben er echt niet op uit om een quotum op te leggen. Voor mij is het alleen een laatste optie, die ik in de la heb liggen. Ik hoop dat ondernemers dit gewoon vanuit hun hart doen. Mensen met een beperking een kans bieden levert elke organisatie winst op.”

Foto’s: Fotoflex Nederland